Ter gelegenheid van de afronding van de werkzaamheden aan Prins Hendrik Zanddijk wilde het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) het ongeveer 14 m hoge kunstwerk “In Veilige Handen” plaatsen in de duinen tussen de TESO-haven en het NIOZ. Hiertoe werd bij de gemeente op 18 juni 2019 een omgevingsvergunning aangevraagd en aanvankelijk verleend. Op grond van de bezwaren van o.a. SKT werd de toestemming van de Gemeente op 30 juni 2021 uiteindelijk afgewezen door de Rechtbank Noord-Holland.
HHNK had in 2019 het voornemen om het kunstwerk “In Veilige Handen” te plaatsen in de duinen bij ’t Horntje tussen de veerhaven en het NIOZ. Het kunstwerk zou worden geplaatst ter herinnering aan de dijkversterking tussen 2016 en 2019. Het ontwerp was van kunstenaars Maree Blok en Bas Lugthart.
Het eerste wat reizigers bij aankomst op Texel zouden gaan zien was een 14 meter hoge doorzichtige ijzeren hand. SKT was van mening dat het kunstwerk daarmee ernstig afbreuk zou doen aan de landschappelijke en cultuurhistorische waarden ter plaatse. Dit in tegenstelling tot HHNK, dat juist het omgekeerde beweerde.
SKT stond in haar bezwaar zeker niet alleen: veel omwonenden, andere Texelaars en toeristen deelden onze zorgen. In de reacties die we hebben ontvangen, richtten de meeste bezwaren zich tegen de hoogte van het werk en de beoogde plek. Deze duinen stammen uit de jaren zestig en zijn aangelegd bij de bouw de veerhaven. Het zijn inmiddels biologisch waardevolle grijze duinen met bijbehorende vegetatie. Men was bang voor ernstige verstoring van dit landschap doordat het kunstwerk een verzamelplek zou worden voor groepen mensen. In het archief is ons bezwaarschrift te lezen.
Op 10 januari 2020 vernamen wij dat B&W ons bezwaar tegen de verleende omgevingsvergunning ongegrond heeft verklaard. Hier zijn we weer tegen in beroep gegaan bij de Rechtbank Noord-Holland.
Op 30 juni 2021 heeft de rechtbank besloten dat B&W moeten komen met een nieuw besluit naar aanleiding van de ingediende bezwaren, maar dan met inachtneming van wat de rechtbank daarover zei. Die oordeelde dat SKT gelijk had met te stellen dat het bestemmingsplan plaatsing van het kunstwerk buiten het projectgebied niet toeliet en dat er ook geen sprake was van een waardevolle bijdrage aan landschap en cultuurhistorie. De uitspraak van de rechtbank is hier terug te lezen.
Het Hoogheemraadschap heeft hierna geen pogingen meer gedaan om het kunstwerk binnen de grenzen van het project op Texel geplaatst te krijgen.